22. Hoofdwond
Oproep voor een paard met een wond. In tranen vertelt het meisje dat ze haar paard in de stal heeft aangetroffen met zijn hoofd vol bloed. Ze heeft geen idee hoe het is gekomen: ‘Duco is hartstikke lief’. Ze kent ook zijn vader: Pretendent. Dat is een gerenommeerde dressuurvererver. Maar met een precair karakter. En dat heeft hij dominant vererfd.
Afstamming
De dekhengsten van het KWPN (Koninklijk Warmbloed Paardenstamboek Nederland) zijn opgenomen in een achtdelig naslagwerk: Hengstenboek Nederlandse Warmbloedfokkerij. Pretendent blijkt een keurhengst met ongeveer 630 nakomelingen. Hij is in Nederland gefokt, maar zijn vader, Le Faquin, werd in 1967 ingevoerd. Het hengstenboek vermeldt over het karakter van Pretendent:
“lastig, moeilijk te rijden; toont soms veel verzet; doet onder de man wat onvriendelijk aan; heeft een goede ruiter nodig”. Bij het verrichtingsonderzoek kreeg dat karakter het rapportcijfer 4 (van 10). Onder zijn afstammelingen bevinden zich diverse toppers in de dressuurwedstrijden. Maar vele van hen zijn soms moeilijk te hanteren.
dressuurpaard
Onderzoek
Er zit wat bloed aan de spijlen van de box en een veeg bloed zit op een van de wanden. De beschadiging aan het hoofd valt nogal mee: op het voorhoofd zit een losse huidflap. Met moeite kan het meisje hem het halster aandoen. Ze zet Duco op de wasplaats. Als ik mijn hand naar hem uitsteek, gaat met een ruk zijn hoofd omhoog. Als ik aandring volgt een snelle klap van zijn voorbeen. Die gaat rakelings langs het meisje dat voor hem staat met een handvol suikerklontjes. Ze is stomverbaasd: dit heeft hij nog nooit gedaan. Opzetten van een praam is uitgesloten. En in haar argeloosheid is deze amazone een gevaar voor zichzelf. Ik stel voor om de spontane genezing van de wond af te wachten. In het ongunstigste geval zullen straks op zijn voorhoofd enkele witte haren groeien. Veel paarden hebben op die plek van nature al witte haren: een kolletje wordt dat genoemd. Verder is er geen nadelig gevolg te verwachten.
Sedatie
Mijn geruststellende woorden werken echter averechts: er volgt een huilbui. ‘Dáárvoor heeft ze me niet laten komen. Die wond moet gehècht! Duco heeft pijn; dat ziet ze zó aan hem. Dáárom heeft hij naar haar geslagen. Dat heeft hij nóóit eerder gedaan!’ Discussie is zinloos. Ongetwijfeld wordt het een heel moeilijke opgave om zonder adequate hulp een hoofdwond te hechten bij dit dier. Maar in de auto heb ik genoeg kalmeringsmiddelen voor vijf van zulke paarden. Eerst zet ik hem terug in zijn box en ik bind hem daar kort vast aan de spijlen. Verderop in de stal zie ik een stevige halsband hangen. Die zal hij niet stuktrekken. Bij het omdoen haalt hij fel uit met zijn voorbeen. Daarmee knalt hij tegen de boxwand. Aan de buitenkant staat het meisje vlak voor de box. Ze schrikt zich een ongeluk en gaat op een veilige afstand staan. De band zit nu om zijn nek en ik zet hem daaraan met een tweede nylon touw vast aan de spijlen. Uit de auto haal ik een spuit met een kalmeringsmiddel. Hij zal zo’n 600 kg wegen, maar ik doseer meteen maar royaal. Dat zal hem rustig maken en het heeft een pijnstillend effect. Als ik zijn hals vastpak om de ader te stuwen, ramt hij weer tegen de boxwand en rukt met geweld aan de touwen. Maar de halsband houdt het en hij heeft weinig bewegingsruimte. Zo kan ik hem inspuiten.
Voorbereiding
Naast de stallen is een lege garage. Bij mijn werk heb ik graag veel ruimte, vooral bij moeilijk hanteerbare paarden. De spullen die ik dadelijk nodig heb leg ik daar neer. Als ik in de stal terugkom, staat Duco slaperig te kijken met zijn hoofd omlaag. Maar als ik hem even aanraak: Knal! De klap komt even snel en is zo mogelijk nog harder dan tevoren. Zijn hoofd slaat met een heftige ruk in mijn richting. Terug dan maar naar de auto: met genoeg medicijnen win je het altijd. Even later krijgt hij zijn tweede spuit. Een kwartier daarna is hij mak: hij reageert niet als ik hem aanraak en als ik de touwen van de boxspijlen lostrek, zakt zijn hoofd ver omlaag. Hij wankelt en botst links en rechts tegen de deuropening. In de garage maak ik een grote bocht om hem met zijn hoofd naar de deur te zetten zodat er daglicht valt op zijn voorhoofd. Daar moet ik dadelijk hechten. Maar die bocht is er bijna teveel aan: zijn achterbenen raken gekruist en hij vergeet om ze te corrigeren. Het scheelt weinig of hij valt neer. Hij zweet over zijn hele lijf en als ik zijn halster loslaat zakt zijn hoofd tot op de vloer. Zijn voorbenen zet hij ver uiteen. Dan zet ik hem de praam op en steek het praamhout tussen de halster. Want bij het hechten moet ik recht vóór hem gaan zitten op mijn knieën. En een trap van zijn voorbeen tussen de mijne wil ik tot elke prijs vermijden.
Hechten
Dan ontsmet ik de wond en verdoof de huid plaatselijk. Ik betast de schedel met steriele handschoenen aan. Geen botbreuken of splinters, alleen een huidwond. De vloer is nu nat van zijn zweet. Tijdens het hechten beweegt hij zich niet. De huidflap komt netjes op zijn plaats met daaronder een gaasdrain om ophoping van wondvocht te voorkomen. Dat gaasje mag morgen weer uit de wond worden getrokken. Dan wat wondspray erover en klaar. Duco blijkt elk jaar te zijn ingeënt tegen tetanus dus een boosterinjectie is niet nodig. Hij wankelt terug naar de stal en zijn box in. Daar krijgt hij liefdevol klontjes aangeboden, maar hij heeft geen belangstelling. Het meisje is opgelucht dat zijn hoofd er weer nagenoeg ongeschonden uitziet. Het was wel een hoop werk voor een kleine, cosmetische ingreep en niet zonder risico; zowel voor de patiënt als voor de dokter. Maar wat is wijsheid in zo’n geval?
Monty Roberts
Van Monty Roberts en zijn revolutionaire manier om met paarden om te gaan, had ik toen nog niet gehoord. Zijn boek ‘De man die luistert naar paarden’ werd hier in 1997 uitgegeven. Hij werd met zijn aanpak een levende legende. In 2005 gaf hij ook in Nederland een demonstratie van zijn benadering van onberekenbare paarden. Daarbij waren toen gevaarlijke dieren. Ik zag hem aan het werk en kreeg diep ontzag voor de man en voor zijn aanpak. Zonder kalmeringsmiddelen deed hij dat. En zonder te slaan of ander geweld kreeg hij van hen gedaan wat hij wilde: hij vroeg ze als het ware om hun medewerking en liet ze in hun waarde. Intussen liep hij zelf wel degelijk gevaar. Nobeler kan het nauwelijks. Die demonstratie heeft mijn benadering van paarden veranderd. Maar toch stel ik me vragen: Hoe zou Monty Roberts bij een paard als Duco die hoofdwond hebben gehecht? Zou hij dat ook alleen hebben gedaan en zonder kalmeringsmiddel? En zou hij zelf dan ook meer dan zeventig jaar zijn geworden?
lees verder
© Leo Rogier Verberne
ISBN/EAN: 978-90-818362-5-8
www.verberneboek.nl
|