English Nederlands

Veterinaire Verhalen over Paarden


verteld door Leo Rogier Verberne
met tekeningen van Marisca Bruinooge-Verberne



Paarden

  • Cover
  • Opdracht
  • Colofon
  • Inleiding
  • Hoefbevangen
  • Kreupelheidsonderzoek
  • Plattelandspraktijk
  • Castreren
  • Klophengst
  • Dampig
  • Darminfarct
  • Droes
  • Aankoopkeuring
  • Hoefkatrol
  • Natuurlijk dekken
  • Paardenverlossing
  • Veulenziekte
  • Draadwond
  • Rugpijn
  • Hormoonspuit
  • Baarmoederontsteking
  • Bolspat
  • Verkeersongeluk
  • Dichtzetten
  • Tweelingdracht
  • Hoofdwond
  • Zadelmak maken
  • Auteur
  • 6. Dampig (COPD)

    Aan de zuidrand van de praktijk ligt Sint Michielsgestel. Een mooi dorp aan de oevers van de Dommel met een golfbaan en enkele oude landgoederen. Maar van het oude ‘Gestel’, zoals de oorspronkelijke bewoners hun dorp noemen, en van het agrarische karakter is weinig over. Het is een forensengemeente geworden. Boeren vind je alleen nog aan de rand van het dorp. Maar er wonen wel een aantal paardenbezitters.

    Buiten in Brabant
    Hier is een consult gevraagd voor een hoestend paard. Over het klinkerpad van de golfbaan rijd ik de verschillende holes en het clubgebouw voorbij dieper het park in. De weg is verder onverhard en de ouderdom van de bomen indrukwekkend. Het is er zelfs stil: alleen de verre dreun van de snelweg is te horen. In een bocht van de Dommel ligt het witte landhuis met rieten dak. Eerst een afrastering, dan het hek met daarop een bord: een waarschuwing voor de waakhonden. Daarnaast een knop. Die bedient ginds in het woonhuis een bel. De poort wordt ontgrendeld en ik rijd tussen de grasvelden door met hoge bomen. Links van het huis staat de stal. Als ik mijn laarzen en een schone stofjas uit de auto pak, komt de eigenaar het huis uit met twee hondjes, Jack Russels. De waakhonden blijven binnen. Hij is een heer op leeftijd, bijna tachtig. Ik krijg een joviale hand.

    Anamnese
    De ziektegeschiedenis van dit paard is me bekend: ik ben hier al eerder geweest omdat de merrie vaak hoestte en benauwd werd. Terwijl we even staan te praten, wordt ze ongeduldig en trapt tegen de onderdeur: ze wil aandacht en ze hoest. Met haar hoofd over de deur kijkt ze naar de baas. Die aait haar vriendelijk over de neusrug. Het paard werd in het verleden bereden door mevrouw, maar de merrie mag nu in alle rust haar dagen slijten. Helaas is ze dampig. In medische taal lijdt ze aan COPD (Chronic Obstructive Pulmonary Disease). Daarvoor is ze eerder met een aantal medicijnen behandeld om het slijm in de luchtwegen dunner te maken en de trilharen in de bronchien te activeren; om de kramp rond de luchtpijpjes te verminderen en zo het ophoesten van vastzittend slijm te bevorderen. En ze kreeg een kuur met antibiotica. Al die medicijnen hebben de merrie meer lucht gegeven. Maar nu is de oude kwaal in volle hevigheid terug en de eigenaar wil haar graag nog eens behandeld zien.

    001

    frisse lucht in de stal

    Onderzoek
    Dat hoesten is weinig krachtig; het klinkt bijna beschaafd. In de neus van het paard zit ook geen snot: de hoest ‘zit vast’ en is niet productief. Tijdens het uitademen trekken de buikspieren krachtig samen: dat wordt na-knijpen genoemd. Het gebeurt zo krachtig dat de anus daarbij telkens naar achteren wordt geperst. Bij het inbrengen van de thermometer valt dat op. De merrie is benauwd. Bij het beluisteren van de longen hoor ik allerlei geluiden door slijm in de luchtwegen; bovendien knistert het onder m’n stethoscoop van het emfyseem. Dat zijn luchtbelletjes die zich in de borstholte bevinden, maar buiten de longen. Duizenden longblaasjes zijn gebarsten doordat ze overvuld zijn met lucht. Dat klinkt als een tegenspraak: benauwdheid door teveel lucht in de borstkas. Maar die luchtbelletjes doen niet mee aan de gaswisseling. Ze zitten maar in de weg. De oorzaak van de ellende bevindt zich vóór het paard in de ruif: ik trek een pluk hooi door de spijlen en een wolkje stof komt vrij. Dat prikkelt de luchtwegen voortdurend: hooistof.

    Hooistof
    Elke keer als de merrie een pluk van dit hooi uit de ruif trekt, ademt ze het vrijkomende stof in. Want die stofwolk ontstaat pal voor haar neus. Naast de stal liggen de pakken opgestapeld onder de hooimijt. Maar een teil met water staat er niet. Stoffig hooi moet buiten worden uitgeschud en dan ondergedompeld in water totdat geen luchtbellen meer opborrelen. Even met een gieter erover is onvoldoende. Dat heb ik de vorige keer allemaal uitvoerig verteld. Maar de eigenaar zegt nu, wat schuldbewust, dat ‘Twilight’ eigenlijk nooit op die manier is gevoerd. Ze heeft sinds mijn vorige bezoek wel stipt alle medicijnen gekregen, maar ze heeft altijd hetzelfde stoffige hooi gehad. En zoals mensen met COPD die doorgaan met roken niet kunnen genezen, zullen ook paarden niet van hun benauwdheid en het hoesten afkomen als de prikkeling van hun luchtwegen blijft doorgaan. De oorzaak moet eerst worden weggenomen, pas daarna kunnen de medicijnen hun werk doen. Dat hooistof zijn in feite schimmels die bij het bewaren ontstaan wanneer het gras bij de hooiwinning onvoldoende is gedroogd. Tien dagen onafgebroken zonnig weer heb je nodig om goed paardenhooi te krijgen. Zelfs dauw is daarbij ongewenst. En hoe vaak tref je dat in Nederlandse zomers? Hooi dat hier is gewonnen wordt dus vaak ‘stoffig’. Het product uit zuidelijke landen is in dit opzicht vaak beter van kwaliteit. Nog beter is het om paarden geen hooi te voeren maar kuilgras. Dat bevat weinig schimmels en heeft een hogere voedingswaarde doordat bij de winning minder blad verloren gaat. Maar kuilgras is koeienvoer. En welke rasechte paardenman geeft er nu koeienvoer aan zijn paard!

    Stoppen met roken
    Twilight is opnieuw behandeld, deze keer zonder antibiotica. Daarop is ze wel weer verbeterd, maar echt genezen is ze niet. Een jaar later moet ik komen om haar te laten inslapen. Ze is ernstig benauwd. Het emfyseem heeft zich verder uitgebreid en de slijmvliezen hebben een bedenkelijke blauwe kleur. Het blijkt dat ze ook na m’n tweede consult geen kuilgras heeft gekregen. Het aanwezige hooi moest eerst op. Maar ook sindsdien is dat hooi niet eerst ondergedompeld in een teil met water. Vreemd?
    De stalhulp van deze bejaarde eigenaar is een echte paardenman. Hij is van kinds-af met paarden opgegroeid en weet echt wel hoe je een paard moet voeren. Thuis deed zijn vader dat altijd net zo. En wèrken dat die paarden toen deden! Van zonsopkomst tot zonsondergang. En nooit is er een paard dampig geweest, terwijl ze toch precies zo werden gevoerd. Daaraan kàn het dus absoluut niet liggen. En dat hoesten? Ach, meneer, iedereen hoest toch wel eens? De stalknecht is een uitstekende en betrouwbare hulp. En wat doe je dan als eigenaar van tachtig? Hij is van de man afhankelijk. Voor een echte paardenman is het eenvoudiger om zelf met roken te stoppen dan de voergewoonten voor zijn paarden te veranderen.


    lees verder

    © Leo Rogier Verberne
    ISBN/EAN: 978-90-818362-5-8
    www.verberneboek.nl